In Nederland zijn er verschillende verzekeringsmaatschappijen die zich specifiek richten op hoger opgeleiden. Denk aan organisaties zoals Promovendum, National Academic of De Goudse met hun speciale pakketten. Maar waarom eigenlijk? Is dat niet oneerlijk of zelfs discriminerend? Op het eerste gezicht lijkt het vreemd dat je opleiding invloed heeft op de prijs van je verzekering. Toch zit er meer achter dan je misschien denkt.
Risicoprofiel
De belangrijkste reden dat verzekeraars zich richten op hoger opgeleiden, is het risicoprofiel. Uit statistieken blijkt dat mensen met een hogere opleiding gemiddeld minder schadeclaims indienen, voorzichtiger rijden, en gezonder leven. Dit betekent dat zij voor verzekeraars minder risico vormen. Minder risico betekent lagere kosten voor de verzekeraar, en dat voordeel kan doorvertaald worden in lagere premies of uitgebreidere voorwaarden.
Bijvoorbeeld: een autoverzekering voor een hbo’er of academicus kan goedkoper zijn, omdat deze groep gemiddeld minder verkeersongelukken veroorzaakt. Hetzelfde geldt voor zorgverzekeringen: hoger opgeleiden leven doorgaans gezonder, roken minder, eten bewuster, en hebben minder vaak overgewicht. Hierdoor maken zij minder vaak gebruik van medische zorg, wat weer gunstig is voor de verzekeraar.
Selectieve marketing
Verzekeraars die zich richten op hoger opgeleiden maken gebruik van selectieve marketing. Ze kiezen bewust een doelgroep waarvan ze weten dat deze financieel stabieler is, beter te bereiken is via digitale kanalen, en loyaler kan zijn als klant. Mensen met een hogere opleiding verdiepen zich vaak grondiger in financiële producten en zijn minder geneigd om impulsieve keuzes te maken. Hierdoor zijn ze voor verzekeraars aantrekkelijke klanten.
Daarnaast zorgt deze doelgroep voor minder fraude. Uit cijfers van toezichthouders blijkt dat fraude bij verzekeringen vaker voorkomt in groepen met een lager inkomen of minder stabiele leefsituatie. Hoger opgeleiden hebben doorgaans een beter begrip van de juridische gevolgen van frauderen en zijn daardoor voorzichtiger.
Solidariteit versus segmentatie
Toch roept deze praktijk ook vragen op. In principe is een verzekering gebaseerd op het principe van solidariteit: iedereen legt geld in de pot, zodat wie schade heeft, geholpen kan worden. Maar als verzekeraars steeds meer gaan segmenteren – bijvoorbeeld op basis van opleiding – dan komt die solidariteit onder druk te staan. Het wordt dan een kwestie van “lage premie voor de slimme elite”, terwijl anderen juist meer betalen.
Sommige experts vrezen dat dit leidt tot een verdeling in de markt, waarbij bepaalde groepen steeds moeilijker of duurder verzekerd raken. Denk aan laagopgeleiden of mensen met gezondheidsproblemen. Hoewel verzekeraars zeggen dat ze puur op basis van risico’s werken, blijft het een ethische discussie: hoe ver mag je gaan in het selecteren van ‘goede’ klanten?
Toegang tot kennis en zelfredzaamheid
Een andere reden waarom verzekeringen voor hoger opgeleiden succesvol zijn, is dat deze doelgroep beter in staat is om verzekeringen te begrijpen en te vergelijken. Polisvoorwaarden, kleine lettertjes, uitsluitingen – het zijn vaak complexe documenten. Hoger opgeleiden hebben vaker de vaardigheden om deze documenten te lezen en kritisch te beoordelen. Hierdoor voelen ze zich ook sneller aangetrokken tot verzekeraars die duidelijk communiceren of extra service bieden.
Bovendien is deze groep vaker zelfredzaam. Ze regelen hun zaken online, kunnen premies zelf berekenen, en stappen makkelijker over van aanbieder. Verzekeraars spelen hierop in met snelle apps, digitale afhandeling en extra voordelen voor hun doelgroep.
Conclusie
Verzekeringen voor hoger opgeleiden zijn dus niet zomaar bedacht als elitaire marketingtruc. Ze zijn gebaseerd op cijfers, gedrag en economische realiteit. Hoger opgeleiden vormen een aantrekkelijke, relatief risicoloze groep voor verzekeraars. Toch is het belangrijk om oog te houden voor het grotere plaatje: als de markt steeds meer wordt opgedeeld in “goede” en “slechte” risico’s, dan staat de solidariteit onder druk. De uitdaging ligt in het vinden van een balans tussen maatwerk en maatschappelijke verantwoordelijkheid.